Skip to main content
Featured Image and Page Header Image: Collection Eye Filmmuseum, Amsterdam. Copyright: Ralph Minden Film.

Op weg naar de Zuidpool!

South (Frank Hurley, 1919) is een indrukwekkende documentaire over ontberingen in barre omstandigheden. Het is een weergave van de Zuidpoolexpeditie van Sir Ernest Shackleton tussen 1914 en 1917. Deze filmbeelden boden een eerste glimp van een groot onbekend continent.

 

De echte held van de film is niet zichtbaar: cameraman en fotograaf Frank Hurley legde de gebeurtenissen tijdens de Zuidpoolexpeditie van Sir Ernest Shackleton vast. Hij reisde mee met het schip de Endurance en filmde imposante beelden van de Poolzee en Antartica. Hij maakte ter aanvulling van de bewegende beelden ook foto‘s die door de film heen gevlochten zijn. Er zijn weinig tussentitels, het verhaal wordt grotendeels in beelden verteld. Door tinting van de kopie zijn hele passages gehuld in gloedvolle kleuren. De eindeloze ijsvlaktes en grillige ijsbergen in een blauwe of oranje Poolzon leveren een surrealistisch beeld op. Pinguïns en zeehonden zorgen voor vertedering.

De koers naar het zuiden zorgt er onvermijdelijk voor dat het expeditieschip vastloopt in het ijs. De bemanning moet snel de lading van mondvoorraad en de zeventig sleehonden overladen op het ijs en een basiskamp inrichten. Hun schip wordt door het ijs gekraakt en gaat spectaculair ten onder. De stoere zeelui en wetenschappers spelen ondertussen onder meer een partijtje voetbal op het ijs. Hun ontberingen in het barre poolklimaat worden op onderkoelde wijze getoond.

In tegenstelling tot vele andere poolexpedities is bij South sprake van een happy end: de bemanning keert behouden terug, in een Zuid-Amerikaanse haven vaart een vloot van scheepjes hen tegemoet.

De kopie is geconserveerd met materiaal van Eye Filmmuseum en het British Film Institute. De zoektocht naar de meest authentieke versie van South vergde een intensief historisch onderzoek. Een belangrijk deel van het Nederlandse materiaal komt oorspronkelijk uit Frankrijk, van de distributeur Exchange Film in Parijs. South wordt daar vertaald in L‘expédition Shackleton au Pôle Sud 1914-1917. De oorspronkelijke nitraatkopie is zwaar beschadigd geraakt, enkele fragmenten tonen hier de sporen van.

South toont beelden van de Zuidpoolexpeditie van 1914-1916, maar ging pas in 1919 in première in de Philharmonic Hall (Great Portland Street, Londen). Maar liefst vijf maanden lang werd de film twee keer per dag vertoond, waarbij Sir Ernest Shackleton steeds zelf het begeleidend commentaar verzorgde. Men kan zich indenken dat de stoere avonturier op een gegeven moment helemaal genoeg van dit optreden moet hebben gehad. De zegetocht van de film werd in Parijs voortgezet, met ruim driehonderd drukbezochte voorstellingen in het Cirque d‘hiver.

South werd in 1920 in Nederland geïntroduceerd door de explicateur Willy Mullens, met vertoningen in het gebouw voor Kunst en Wetenschappen in Den Haag. Een jaar later volgden vertoningen in tal van Nederlandse bioscopen, onder andere het Victoria Theater (Amsterdam) en het Thalia Theater (Rotterdam), met toelichting van de heren explicateurs Van Dijk en De Munck.

Ter vergelijking: De eeuwige stilte – Met kapitein Scott naar de Zuidpool (1924)

Dit is een andere Zuidpoolfilm in het archief van Eye Filmmuseum. De Engelse titel is: ‘The Great White Silence’ / ‘Scott of the Antartic’. Het is het filmische verslag van de tweede en laatste zuidpool-expeditie van kapitein Robert Falcon Scott van 1910-1913 met het schip de Terra Nova. Na verschrikkelijke ontberingen bereikt hij op 17 januari 1912 de Zuidpool. Bij aankomst blijkt dat de Noorse concurrent Amundsen hen een maand voor is geweest. Alle vijf de expeditieleden moeten het avontuur met de dood bekopen.

De beelden van cameraman Herbert G. Ponting zijn even indrukwekkend als die van zijn collega Frank Hurley, maar het verschil tussen de twee expeditiefilms is hemelsgroot: DE EEUWIGE STILTE (‘The Great White Silence’) heeft een overmaat aan tussentitels waar geciteerd wordt uit een didactisch dagboek, vol wetenswaardigheden over het natuurleven en doorvlochten met tal van stoere grappen. De film is doordrenkt van Brits patriottisme en heldenverering.

  • De film is op dvd gezet, met als titel ‘Expeditie naar de Zuidpool 1910-1913’ en een score van Sander den Broeder.
  • Zondag 22 februari 2015, Louis Hartlooper Complex Utrecht, in het kader van Dutch Mountain Film Festival, live begeleiding Kevin Toma. Met een inleiding door Paul Rübsaam. Catalogustekst van het DMFF: “Pas jaren na de Eerste Wereldoorlog monteerde de officiële expeditiefotograaf Ponting zijn materiaal uit 1912 voor de zwijgende film ‘The Great White Silence’over het majestueuze en mystieke poollandschap. In de film slechts weinig opnames van de gedoemde expeditieleider Robert F. Scott die zijn wedloop om de verovering van de zuidpool tegen de Noor Amundsen uiteindelijk met de dood moest bekopen. We zien Kapitein Scott verdwijnen met zijn vier metgezellen, kleine stipjes in het onmetelijke wit, hun tragisch lot tegemoet.  Kapitein Scott omschreef Herbert Ponting als “een kunstenaar die verliefd is op z’n werk”. Na afloop van die tragische expeditie heeft Ponting de rest van zijn leven ervoor geijverd, dat de heroïek van die onderneming en de onmetelijke schoonheid van Antarctica niet in de vergetelheid raakten. Zijn magistrale beelden spreken nog steeds tot onze verbeelding. De erfgenaam van de negatieven van de expeditie, het Britse Nationale Archief, heeft met de nieuwste chemische en digitale technieken de film gerestaureerd en de oorspronkelijke kleurtonen weer toegepast. Het dramatische landschap komt weer tot leven met deze haarscherpe beelden… Ponting schreef in zijn dagboek: ‘Mijn God, wat een verschrikkelijke plek …’

 In 1921 publiceerde Ponting zijn reisverslag onder de titel ‘The Great White South‘. Hierin vertelt hij over de praktische problemen die zich voordeden bij het filmen op de Zuidpool. Zijn boek werd in 1924 in het Nederlands vertaald. Enkele passages uit dit relaas van een heldhaftige cameraman:

  • “Ik bemerkte dat het raadzaam was, camera’s in hun kast buiten de Hut te laten staan. Er was somtijds een verschil van meer dan honderd graden tussen de temperatuur binnen en buiten. Als ik de camera’s binnen bracht besloegen zij zo sterk, dat zij druipnat werden wanneer ze in de warme lucht kwamen. Wanneer het om de een of andere reden noodzakelijk was een camera mee naar binnen te nemen, moest alle vocht zorgvuldig weggeveegd worden en men moest nauwlettend toezien, dat niets binnen in de lens kwam. Wanneer men in de open lucht slechts even op de lens ademde, was deze meteen onbruikbaar, want ze werd dadelijk met een dun ijslaagje bedekt dat niet te verwijderen was. Ze moest in de warmte gebracht, ontdooid en daarna drooggewreven worden. Ieder spoor van olie moest zorgvuldig van alle machine-delen van kinematografische en andere camera’s verwijderd worden, daar zelfs een soort ‘niet bevriezende olie‘ (die ik in Zwitserland gekocht had) bevroor. Het smeren der onderdelen moest met grafiet geschieden. Verscheidene mijner kleurenfilters vielen uit elkaar tengevolge van uitzetting en samentrekking door temperatuurverschillen veroorzaakt en waren onbruikbaar. Sommige mijner sluiters werden zo onbetrouwbaar, dat ik ze moest weggooien en mijn belichtingen op de gis moest verrichten. (-)
  • Een film in een kinematografische camera bij lage thermometerstand in te leggen is een onaangenaam werkje, omdat het met blote vingers moet gebeuren. Vaak vroren mijn vingers, wanneer zij met metaal in aanraking kwamen daaraan vast. Zult een vorstbeet voelt precies aan als een brandwond. Eens hield ik, zonder erbij na te denken, een cameraschroef een ogenblik in de mond. Zij vroor dadelijk aan mijn lippen vast en nam mijn huid mee, toen ik haar eruit nam. Bij een andere gelegenheid kwam mijn tong in aanraking met een metalen deel mijner camera, toen ik mijn lippen bevochtigde tijdens het instellen. Zij vroor dadelijk vast en ik moest haar met een ruk lostrekken om mij te bevrijden, waarbij het vel van de top van mijn tong op de camera achterbleef. Mijn tong bloedde zo hevig, dat ik een zakdoek in de mond moest stoppen om het bloed te stelpen.“

Bron: Geciteerd in: Delpeut, Peter, Heroïsche omzwervingen met de camera, Amsterdam: Stichting Nederlands Filmmuseum, 1995 (NFM-themareeks nr. 29).

IJskoude inspiratie

  • Peter Delpeut gebruikte de archiefopnamen uit DE EEUWIGE STILTE en andere Zuidpoolfilms voor zijn film THE FORBIDDEN QUEST (1993), een hommage aan de lang anoniem gebleven cameramannen van bijna in vergetelheid geraakte films.
  • Frank Roumen regisseerde een succesvolle kindertheatervoorstelling rondom de overgeleverde Zuidpool Expeditiefilms, vertoond in het Filmmuseum tijdens de schoolvakanties: ‘Het mysterie van de zuidpool’ (1998, hernomen in 2005).
  • De archiefbeelden werden ook verwerkt in een aflevering van de kindertelevisieserie ‘En Toen’ (geproduceerd door Neon Film&TV, Rotterdam).
  • De expeditie van Shackleton werd ook gereconstrueerd en verfilmd door een eigentijdse filmploeg, in het brede Imax-filmformaat. Het resultaat, EXPEDITIE NAAR DE ZUIDPOOL, werd onder andere in 2002 vertoond in het Omniversum te Den Haag. De opnamen in het barre Zuidpoolklimaat verliepen opnieuw uiterst moeizaam, de acteurs in hun replica‘s van de sloepen en de Burberry-kleding moesten dezelfde ontberingen doorstaan als de oorspronkelijke ontdekkingsreizigers. Bergbeklimmer Reinold Messner trad in de voetsporen van Shackleton, maar deed met zijn filmploeg twee keer zo lang over de barre tocht.
  • In de korte experimentele film DESERT 79°: 3 JOURNEYS BEYOND THE KNOWN WORLD (Anna Abrahams, 2010, 19 min) wordt nog meer ijs in beeld gebracht, maar dan het ijslandschap rondom de Noordpool. De film is geïnspireerd op drie reisverhalen: van de Griekse koopman Pytheas (330 v.Chr.), de Britse admiraal John Ross (1819) en de Zweedse uitvinder Andrée die met zijn kompanen Strindberg en Fraenkel met een luchtballon de Noordpool probeerde te bereiken, neerstortte en terug naar huis moesten lopen (1897).

Overige filmtips voor koude rillingen in de buurt van de Noordpool:

  • de klassieker NANOOK OF THE NORTH (Flaherty, 1921);
  • de speelfilm ZERO KELVIN (Hans Petter Moland, 1995);
  • de fake-documentaire Pegi pjos begoestsji krajem morja (DE GEVLEKTE HOND, Karen Gevorkjan, 1990);
  • de speelfilm ATANARJUAT, THE FAST RUNNER (Zacharias Kunuk, 2002).
Documentatie
South – GB, 1919, 47 min. (954 meter, 18 b/s), Franse en Nederlandse tussentitels, getint. Regie & camera: Frank Hurley. Met: Ernest Shackleton e.v.a. De BFI-restauratie bevat 4835 feet, bij 16 fps is de speelduur 80 minuten.
Vertoningen van South
  • 16 december 2002 in het Haags Filmhuis en 27 december 2002 in Lantaren/Venster (Rotterdam). Begeleid door Charles Janko (piano) en Yens & Yens (‘de snaren’). De ‘snaren‘ zijn manshoge harpen met één snaar, waarmee de muzikanten een digitaal klankuniversum ten gehore brengen. Het duo Yens & Yens werkte onder andere voor het Scapino-ballet en Introdans. Samen met pianist en componist Charles Janko is een ‘ijzingwekkend geluidslandschap’ gemaakt.
  • Filmtheater ’t Hoogt, (Utrecht, 29 november 2009), LUX (Nijmegen, 2 december), Filmhuis Den Haag (14 december 2009) en Lantaren/Venster (Rotterdam, 14 maart 2010). Elizabet van der Kooij ontwierp een nieuwe live sound-track voor South, uitgevoerd door drie musici van het Utrechtse gezelschap Compost: Elizabet van der Kooij (elektronica en zingende glazen), Amerentia van der Kooij (altviool), Coen Kaldeway (saxen en klarinetten), Huug van Tienhoven (verteller).
De titelkaarten werden uit de film verwijderd, alle informatie komt via een verteller die put uit dagboeknotities en brieven van een (fictief) bemanningslid. De score biedt een prachtig sfeerbeeld bij de fascinerende filmbeelden, met ijle klanken van een aangestreken kristallen glas of een dissonante viool, maar net zo goed een woeste Slavische dans waarin net iets mank gaat.
“De documentaire verhaalt vooral van gewone mannen die een uitzichtloze situatie en boven alles, de oneindige verveling moeten zien te overleven. Om dit verhaal te vertellen heeft Elizabet van der Kooij een acteur uitgenodigd om mee te werken aan de live-soundtrack van SOUTH. Hij zal verhalen vertellen, het publiek een blik gunnen in de hoofden van de mannen op het doek.”
Overige vertoningen:
Verder lezen:
  • Ponting, Herbert G. Het eeuwige ijs. De Zuidpool-expeditie van kapitein Scott, Amsterdam: Meulenhoff, 1924.
  • Delpeut, Peter, Heroïsche omzwervingen met de camera, Amsterdam: Stichting Nederlands Filmmuseum, 1995 (NFM-themareeks nr. 29).
  • Vaughan Siebel, Heddi, ‘Review South et. al.’, in: Moving Image 3, nr. 1 (June 2003) pp. 174-178.
  • Brownlow, Kevin, The War, the West and the Wilderness. A Celebration of the Great Silent-Movie Makers who First Ventured Out of the Studios into Dangerous and Distant Places, to Record History of Film. New York: Knopf, 1979.
  • Fuchs, Arved, In de schaduw van de Zuidpool, de reddingsexpeditie van Shackleton herbeleefd. Baarn: Tirion uitgevers, 2001.
  • Suraviec, Catherina A. (ed.) The Lumière Project; European Film Archives at the Crossroads, Lisboa: Guide Artés Gráficas, 1996, pp 81-86.
  • http://moviessilently.com/2017/04/16/south-1919-a-silent-film-review/
PS een krantenbericht uit 2010:
De schuilhut van Sir Ernest Shackleton op de Zuidpool is opgegraven en uit het ijs gehakt. Behalve dorst naar historische kennis speelde ook een andere dorst mee: het was bekend dat Shackleton enkele vaten Schotse Whiskey van hoge kwaliteit had mee genomen op zijn reis. Voor de kenners was dit een unieke gelegenheid om whiskey te proeven die 102 jaar op vat had liggen rijpen…
Toegift: http://www.theasc.com/blog/2010/03/08/frank-hurley-the-endurance-and-paget-color/(blog post van John Bailey, ASC)