Skip to main content
Featured Image and Page Header Image: Collection Eye Filmmuseum, Amsterdam.

Tentoonstelling in Eye Filmmuseum (2013)

Johan van der Keuken (1938-2001) is een klasse apart, want met zijn camera in de aanslag ondervroeg hij in zijn films en met zijn foto’s de werkelijkheid en reflecteert tegelijkertijd ook op de weergave van deze werkelijkheid, inclusief zijn eigen aanpak. De tentoonstelling in Eye Filmmuseum geeft een bijzondere blik op het omvangrijke oeuvre van Johan van der Keuken, want zijn foto’s, films en teksten worden in onderlinge samenhang getoond en een aantal films wordt breed in de ruimte neergezet door gelijktijdig meerdere fragmenten naast elkaar te vertonen op grote filmschermen. Een lineaire film wordt op deze manier veranderd in driedimensionale installatiekunst en krijgt op deze manier een nieuwe betekenis. Dit vergt waarschijnlijk een nadere toelichting. Laten we beginnen bij het begin.

Een vlammende start

De tentoonstelling begint wel op klassiek-chronologische wijze bij zijn eerste filmpogingen en zijn eerste foto’s. Johan van der Keuken gaf al vroeg blijk van zijn dubbele talent voor zowel fotografie als film en toont zich vanaf het prille begin meteen een meesterlijke verhalenverteller.

Neem om te beginnen zijn fotoboek ‘Wij zijn 17’, in 1955 gepubliceerd toen hij zelf zeventien was. Wat een energie, ambitie, gretigheid en levensdrift spreekt uit deze portretten, vermengt toch ook met een glimp van een leeftijdseigen onzekerheid. Aandoenlijk detail: een van de geportretteerde meiden is zijn zus, die destijds al negentien was. Dat is te rangschikken onder aanvaardbaar smokkelen met authenticiteit. De piepjonge fotograaf toont zijn uitzonderlijk talent door de mentaliteit van tieners te vangen in stilstaande beelden. We zien jonge mensen die een mengeling van zelfverzekerdheid en onbevangenheid uitstralen. Als leeftijdgenoot deelt hij hun state of mind, maar dat hoeft niet meteen en altijd een voordeel te zijn. Het is hem toch glansrijk gelukt. Bijna zestig jaar later zijn de beelden nog steeds herkenbaar en actueel en aansprekend, ondanks de tijdsgebonden kleding die nu nogal formeel en serieus aandoet. Het is niet essentieel wie het precies zijn en wat er van hen geworden is, het is de trefzekerheid van de momentopname die een tijdloos boeiend verhaalt vertelt.

Ook zijn studentenfilm PARIS A L’AUBE (1957-60) zindert van het talent. Hier zien we een jongeman aan het werk die goed kan kijken en een stemmingsvolle impressie geeft van de vroege ochtend in de grote stad, goed afgemeten begeleid door jazz-muziek. Hij maakte een impressionistische schets van het licht en de kleuren in het straatbeeld bij het gloren van de dag. De jonge filmmaker wilde met dit kabbelend sfeerverhaal ontsnappen aan de strenge formele regels van de opleiding aan de Franse filmschool die hij toen volgde. Toch is het resultaat een redelijk conventionele ‘stadssymfonie’ geworden, het past dus in een ander beschikbaar format. Dat is niet erg, integendeel.

Johan van der Keuken heeft zijn hele leven lang verhalen vertelt via beelden, zowel in vele foto’s als in 51 films. Hij was daarmee succesvol, want zijn foto’s behoren tot algemeen erkende top van de wereld, zoals blijkt uit de talloze exposities en de reeks prachtige fotoboeken. Zijn films hebben eveneens een grote reputatie, want ze zijn op vele internationale festivals vertoond en bekroond, en ook in reguliere vertoningen uitgebracht in de filmtheaters wereldwijd. In 2007 werd zijn verzameld filmwerk posthuum in vijf dvd-boxen uitgegeven. De talentvolle tiener groeide dus uit tot een internationaal gerespecteerde fotograaf/filmer.

Hij maakte zeer persoonlijke films, waarbij hij zelf fungeerde als cameraman en de montage bepaalde. EVEN STILTE (1960) is een vroege film, met als vertrekpunt de dodenherdenking op de Dam. Hij maakt geen traditionele documentaire, maar koos voor een vrije improvisatie. Kenmerkend hiervoor is een beroemd geworden lange opname van een jongen die in zijn eentje op een mistig pleintje met een basketbal aan het spelen is. Hier wordt een verloren moment omgetoverd tot quality time. De vraag voor een filmmaker is steeds: hoe lang laat je een opname duren? Het eerste beslissingsmoment is bij het bedienen van de camera, het tweede beslissingsmoment is bij de montagetafel. Op beide momenten kon hij zijn eigen koers varen, dit leverde een tegendraads en persoonlijk getint eindresultaat op.

Johan van der Keuken onttrok zich aan de waan van de dag en was soms zijn tijd ver vooruit was. In de film I LOVE DOLLARS (1986) bijvoorbeeld onderzocht hij de structuren in de financiële wereld, een onderwerp dat pas bij de bankencrisis van 2008 op algemene belangstelling kon rekenen. Van der Keuken was een documentairemaker die rondkeek zonder boodschappenlijst, maar wel met een visie. Hij reisde de wereld rond en bracht zijn observaties en reflecties mee terug, maar hij kon ook bij hem thuis om de hoek zijn onderwerpen vinden, zoals in de lange documentaire AMSTERDAM: GLOBAL VILLAGE (1996) of de korte documentaire TO SANG FOTOSTUDIO (1997), over een Chinese fotograaf in de Amsterdamse multiculturele volksbuurt De Pijp. Johan van der Keuken was een kosmopoliet die alleen in Amsterdam kon wonen.

Rondwandelen in een oeuvre

In de tentoonstelling zijn een aantal films in een multi-screen opstelling te zien. Bij DE NIEUWE IJSTIJD (1974) werkt het bijzonder goed om meerdere beeldstromen naast elkaar te zien, want nu kan de bezoeker zijn eigen montage maken. Het is geen aantasting van het oorspronkelijke werk, het is integendeel juist een hommage aan de zorgvuldig gecomponeerde beelden die in een vrije improvisatie tot stand lijken te zijn gekomen. Het thema is armoede en sociale onrechtvaardigheid, maar de filmbeelden geven vooral een oogstrelende impressie van het dagelijks leven en het alledaagse straatbeeld op het Peruaanse platteland.

Ook fragmenten uit EEN FILM VOOR LUCEBERT (1967) zijn in de expositie breed uit elkaar getrokken in een parallelvertoning op vier grote schermen. Vooral de beelden van de schilderijen van Lucebert werken dan verbluffend. Lucebert is een schilder en dichter, Johan van der Keuken is dichterlijke filmer, een zielsverwant. Hij heeft een duidelijke link met free jazz. Het meest zichtbaar en voelbaar is dat bij het filmportret van de tenorsaxofonist Ben Webster (BIG BEN: BEN WEBSTER IN EUROPE, 1967). Door de deconstructie in drie schermen kun je op je museumbankje helemaal komen te verdrinken in de groezelige zwart-wit beelden en het samenspel met de sound-track.

De tentoonstelling biedt een overdonderende vloed van beelden en geluiden die over elkaar heen tuimelen. Een rustpunt in dit tumult is de zaal waar twee films integraal vertoond worden. Je kan even gewoon gaan zitten genieten van bijvoorbeeld de film die hij in de jaren zestig maakte over zijn tienjarig buurmeisje, BEPPIE (1965). Indertijd is deze film op televisie uitgezonden en heeft toen iedereen in het land vertederd. Deze emotiekracht is onverminderd gebleven, want je smelt nog steeds als je dit Amsterdams schoffie hoort praten. Ze heeft een geweldig naturel, dat schitterend in beelden gevangen is. Het dagelijks leven van een tienjarig stadskind wordt gesublimeerd tot een breder verhaal over de kunst van het vrijmoedig rondlopen in de grote stad en je niet laten kisten door wie of wat dan ook. Terloops komen haar ouders in beeld en blijkt dat ze in een achterstandswijk woont. Van der Keuken vermijdt twee valkuilen: hij betuttelt het meisje niet en hij gebruikt haar niet om een politiek betoog te houden of een plat emotieverhaal te vertellen.

Johan van der Keuken: Tegen het licht, filmer en fotograaf. Tentoonstelling in Eye Filmmuseum, 30 maart t/m 9 juni 2013.
P.S. De expositie in Eye was aanleiding voor het tv-programma Paul en Witteman om de zoon van Johan van der Keuken te bellen met de vraag om klaar te staan voor een optreden in hun late-night talk-show. Dat had interessant kunnen zijn, want Teun van der Keuken is zelf succesvol televisiemaker en zijn persoonlijk verhaal over deze overzichtstentoonstelling is dan bij voorbaat dubbel interessant. Wat is er echter gebeurd? In zijn column in het Parool liet hij weten dat hij drie dagen braaf heeft klaar gestaan, maar dat de conclusie steeds was dat het onderwerp toch te moeilijk te verkopen was aan een groot publiek. Tsja, inderdaad, voor welk verhaal blijven mensen laat op de avond nog wakker? Teun van der Keuken bleef in zijn column neutraal de feiten constateren, dat is knap want het lijkt me heel confronterend om van zeer nabij te merken dat reflectie op kunst en zelfs persoonlijke achtergrondverhalen over kunst volgens de verwachtingen van media professionals gegarandeerd geen publiek zou trekken.
Documentatie over Johan van der Keuken:
Een andere tentoonstelling met een deconstructie van een lineaire film was de vertoning van The Last Days of Shishmaref (Jan Louter, 2008) in het Nederlands Fotomuseum (2008-2009), in combinatie met de foto’s van Dana Lixenberg. Zie: http://www.paradox.nl/paradox/cms/cms_module/index.php?obj_name=shishmaref
De eerste zeven tentoonstellingen in Eye Filmuseum (sinds 2012)
  1. ‘Found Footage’
  2. Stanley Kubrick
  3. ‘Expanded Cinema’
  4. Oskar Fischinger
  5. ‘Johan van der Keuken: Up to the Light, Filmmaker and Photographer’,
  6. ‘Federico Fellini: The Exhibition’
  7. ‘Peter Forgacs: Sluimerend vuur, verhalen uit Nederlands Indië (1900-1940)
Meer informatie: www.eyefilm.nl