Copyright Featured Image and Page Header Image: Pieter van Huijstee Film & TV.
Farewell. The adventures of Lady Hay on the first flight around the world
Regie: Ditteke Mensink. Research: Gerard Nijssen. Montage: Jessica de Koning. Muziek: Paul M. van Brugge.
Een prachtige found footage film.
Wereldpremière op het IDFA 2009. In het voorjaar van 2010 volgde de roulatie in de Nederlandse filmtheaters. Bekroond in het najaar van 2010 met een Gouden Kalf en de FIAT/IFTA Archive Achievement Award. Daarna op vele televisiekanalen vertoond en uitgebracht op dvd.
Wie de film toch heeft gemist: ga kijken!
Geselecteerde documentatie:
- dittekemensink.nl/farewell.html
- Recensie van Leo Bankersen in de Filmkrant 320 (mei 2010), filmkrant.nl/av/org/filmkran/archief/fk320/farewell.html
- Recensie van Kevin Toma, in de Volkskrant, april 2010. cinema.nl/artikelen/6095857/onverwoestbaar-frisse-beelden-van-een-bijzondere-luchtreis
- Recensie door Dana Linsen, in NRC/Handelsblad 14 april 2010. nrc.nl/film/article2522180.ece/Farewell
- Recensie van Mark Moorman, in het Parool, 14 april 2010. https://www.parool.nl/nieuws/farewell~b8cff97e/
Het subgenre van de ‘fake-documentary’
(letterlijk: de bedrieglijke documentaire), ook wel genoemd de ’Mockumentary’ (letterlijk: de spottende documentaire).
Dit genre is te vergelijken met het verschijnsel ‘mystificatie’ in de letterkunde en het verschijnsel ‘Trompe de l’oeil’ (letterlijk: oogbedrog) uit de schilderkunst. Het gemeenschappelijke kenmerk van deze subsoorten is dat het gaat het om een bedrieglijk echte nabootsing. ‘Fake’ kan als teken van ironie (een al dan niet bewijsbare intentie van dubbelzinnigheid) opgevat worden. Bij een ‘fake-documentary’ pleegt de filmmaker bedrog. De artistiek verantwoording kan bestaan uit de wil tot het ondergraven van conventies (de verandering van spelregels van het filmkijken, het negeren van stilzwijgend overeengekomen afspraken), of uit de wil tot het vermaken van zichzelf en de toeschouwers met een goede één-april grap.
‘Fake Footage’ kan ook als symptoom gezien worden voor het vervagen of verglijden van de grenzen tussen feit en fictie in het algemeen of als symptoom voor een tegendraadse manier van kijken. De toeschouwer kan een positie kiezen als de ‘goede verstaander’ die de intentie op de juiste manier taxeert, een goede inschatting maakt van de grens tussen een grap en een leugen, tussen de aanspreekvormen van een serieuze bewering of ironie. De toeschouwer staat voor de taak een goede inschatting te maken van de betrouwbaarheid van de beelden, met drie opties voor de status van het beeld:
- Authentieke beelden (met een indexicaal verband met de werkelijkheid).
Voorbeeld: FAREWELL (Ditteke Mensink, 2009)
- Geënsceneerde beelden (een al dan niet zo getrouw mogelijke nabootsing van de bestaande werkelijkheid).
Een voorbeeld van ‘re-enactment’ van traumatiserende gebeurtenissen:FLIGHT 93 (Paul Greengrass, 2006), of THE BATTLE OF ORGREAVE (M.Figgis & J.Deller, 2002), zie http://www.artangel.org.uk/projects/2001/the_battle_of_orgreave.
- Symbolische beelden (een creatie van een onbestaande werkelijkheid).
Voorbeeld: THE ORDER ELECTRUS (Floris Kaayk, 2005), of de vroege films van Peter Greenaway, zoals THE FALLS (1980).
Of de ‘mockumentaries’ van Lodewijk Crijns: KUT ZOOI (1995) en zijn eindexamenfilm LAP ROUGE (1996). Zie: http://www.filmkrant.nl/av/org/filmkran/archief/fk171/laprouge.html.
Meer voorbeelden van ‘pseudo reality’ zijn te vinden in de docu-drama’s van Peter Watkins, met onheilspellende toekomstbeelden in ‘The War Game’ (1961) en ‘Punishment Park’ (1971) en een interpretatie van het verleden in ‘La Commune (Paris 1871)’ uit 2000.
Beroemde fake-documentaires zijn onder andere:
- THIS IS SPINAL TAP (Rob Reiner, 1984)
- THE BLAIR WITCH PROJECT (1999)
- DARK SIDE OF THE MOON (William Karel, 2002)
- RESURRECT DEAD: THE MYSTERY OF THE TOYNBEE TILES (Jon Foy, 2011)
- CZECH DREAM (2004)
Een voorbeeld van een fake-documentary op het gebied van filmerfgoed is FORGOTTEN SILVER (Peter Jackson, 1995), over de ‘onbekende Nieuw-Zeelandse filmpionier’ Colin McKenzie. Deze film is een ironie op de conventies van waarschijnlijkheid en waarheid van filmhistorische documentaires en biedt een speels commentaar op betrouwbaarheid van beelden en van experts. Bij de uitbreng werd de ironie niet begrepen door alle toeschouwers in Australië. Op de dvd staat een vermakelijke documentaire met het verhaal achter de schermen: BEHIND THE BULL: FORGOTTEN SILVER.
Ter vergelijking: de filminstallatie FALSE FUTURE (Matthew Buckingham, 2007), over de vergeten Franse filmpionier Louis Le Prince. Heeft deze persoon echt bestaan? Zie: www.matthewbuckingham.net/False%20Future.html. Vergelijk dit met de documentaire THE FIRST FILM (David Nicholas Wilinson, 2015).
Een voorbeeld van een ironische zoektocht naar een verborgen betekenislaag biedt de ‘fake documentary’ ROOM 237 (Rodney Ascher, 2012), over mensen die op extreme wijze een uitleg geven bij THE SHINING (Stanley Kubrick, 1980). Voor een discussie en documentatie van deze film, zie: http://www.fandor.com/blog/daily-toronto-nyff-2012-rodney-aschers-room-237